Beheersactiviteiten voor Natuurmonumenten belast met btw
Belanghebbende heeft een gebruiksovereenkomst gesloten met Natuurmonumenten waaruit voortvloeit dat belanghebbende bepaalde beheersactiviteiten zal verrichten ten aanzien van een stuk grond in eigendom van Natuurmonumenten. Het Hof was van oordeel dat de door belanghebbende uitgevoerde beheersactiviteiten belastbare prestaties zijn voor de heffing van omzetbelasting.
De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie, zonder nadere motivering, ongegrond verklaard op grond van art. 81 RO.
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 14-07-2017
- Datum publicatie
- 14-07-2017
- Zaaknummer
- 15/05868
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2015:4958
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2016:1447, Gevolgd - Rechtsgebieden
- Belastingrecht
- Bijzondere kenmerken
- Artikel 81 RO-zaken
Cassatie - Inhoudsindicatie
-
HR: 81.1 RO.
- Vindplaatsen
- Rechtspraak.nl
Viditax (FutD), 14-07-2017
FutD 2017-1769
Uitspraak
14 juli 2017
Nr. 15/05868
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van V.o.f. [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 10 november 2015, nrs. 14/00659 en 14/00660, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Noord‑Holland (nrs. 13/4931 en 13/4932) betreffende de aan belanghebbende over het jaar 2007 opgelegde naheffingsaanslag in de omzetbelasting en de ten aanzien van belanghebbende gegeven teruggaafbeschikking inzake omzetbelasting voor het jaar 2012.
1Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij één middel voorgesteld.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
De Advocaat-Generaal C.M. Ettema heeft op 30 december 2016 geconcludeerd tot ongegrondverklaring van het beroep in cassatie (ECLI:NL:PHR:2016:1447).
2Beoordeling van het middel
Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.
4Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie ongegrond.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J.A.C.A. Overgaauw als voorzitter, en de raadsheren E.N. Punt en M.E. van Hilten, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 14 juli 2017.