Artikel 160
1. De lidstaten kunnen vrijstelling verlenen voor de volgende handelingen:
a) | goederenleveringen en diensten verricht op de in artikel 156, lid 1, genoemde plaatsen met handhaving op hun grondgebied van een van de in dat lid genoemde situaties; |
b) | goederenleveringen en diensten verricht op de in artikel 157, lid 1, onder b), en artikel 158 genoemde plaatsen met handhaving op hun grondgebied van een van de in artikel 157, lid 1, onder b), of in artikel 158, lid 1, genoemde situaties. |
2. De lidstaten die voor handelingen die in een douane-entrepot worden verricht, gebruikmaken van de in lid 1, punt a), bepaalde mogelijkheid, nemen de nodige maatregelen om te voorzien in andere stelsels van entrepots dan dat van douane-entrepots die de toepassing van lid 1, punt b), mogelijk maken op dezelfde handelingen met betrekking tot in bijlage V opgenomen goederen, welke in die andere entrepots dan douane-entrepots worden verricht.