Cryosauna niet te vergelijken met traditionele sauna of infraroodsauna dus geen verlaagd tarief

Cryosauna cryobehandeling

Cryosauna niet te vergelijken met traditionele sauna of infraroodsauna dus geen verlaagd tarief

Belanghebbende biedt cryobehandelingen aan in een cryosauna, waarbij het lichaam korte tijd blootgesteld wordt aan extreme kou. Hierdoor wordt onder meer het immuunsysteem versterkt, maar het helpt vaak ook tegen allerlei medische klachten. Tijdens de behandeling is altijd een medewerker aanwezig die aanwijzingen geeft en toezicht houdt op de toestand van de gebruiker. De klant moet geheel droog zijn. Voor en na de behandeling is geen sprake van douchen of baden.

De vraag is of de cryobehandelingen belast zijn tegen het algemene of het verlaagde btw-tarief.

Volgens de rechtbank is niet aannemelijk gemaakt dat bij de cryobehandelingen sprake is van een zodanige gelijkenis met een gewone sauna of met andere onder de tabelpost gebrachte saunavormen, dat weigering van het verlaagde tarief schending van het neutraliteitsbeginsel oplevert. Ook overigens ziet de rechtbank geen aanleiding om de cryobehandelingen onder het verlaagde tarief te brengen. De tabelpost spreekt over het geven van gelegenheid tot baden. Bij de cryobehandeling is op geen enkele manier water betrokken, ook niet voor of na de behandeling. Verder is niet gesteld of gebleken dat de cryobehandeling doorgaans plaatsvindt als onderdeel van diensten die bij baden behoren. Bij de cryobehandeling gaat het om een heel ander soort dienst, waar vanwege de gevaarlijk grote kou wel toezicht bij nodig is. Verder is het bij de cryobehandeling aanbevolen om voor het bereiken van het gewenste gezondheidseffect meerdere korte behandelingen te ondergaan op achtereenvolgende dagen, terwijl dat bij de traditionele sauna niet zo is en de meeste mensen maar af en toe naar een sauna gaan. De modale consument zal de cryobehandeling dan ook als iets heel anders ervaren dan een saunabezoek. Mede gelet op het begrip baden van de tabelpost, kan het begrip sauna dus met een beroep op het neutraliteitsbeginsel niet zover worden opgerekt dat daaronder ook de cryobehandelingen vallen.

Rechtbank
Instantie
Rechtbank Gelderland
Datum uitspraak
28-11-2019
Datum publicatie
21-04-2020
Zaaknummer
AWB – 18 _ 4217
Rechtsgebieden
Belastingrecht
Bijzondere kenmerken
Eerste aanleg – meervoudig
Inhoudsindicatie

Wet omzetbelasting. Verlaagde tarief. Post b.3 van Tabel I: geven van gelegenheid tot sportbeoefening en baden. Onder deze post is door de staatssecretaris ook de traditionele sauna gebracht. Cryobehandelingen in “cryosauna” (3 minuten in extreem koude ruimte) te vergelijken met een traditionele sauna of infraroodsauna en daarom via neutraliteitsbeginsel onder de tabelpost te brengen? Rechtbank oordeelt van niet. Andersoortige dienst.

Vindplaatsen
Rechtspraak.nl
Viditax (FutD), 22-04-2020
FutD 2020-1303
V-N Vandaag 2020/1152
Verrijkte uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND

Zittingsplaats Arnhem

Belastingrecht

zaaknummer: AWB 18/4217

uitspraak van de meervoudige belastingkamer van

in de zaak tussen

[eiseres] B.V., te [plaats] , eiseres

(gemachtigde: mr. [naam gemachtigde] ),

en

de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Arnhem, verweerder.

Procesverloop

Eiseres heeft op 24 januari 2018 aangifte voor de omzetbelasting gedaan over het tijdvak 1 oktober 2017 tot en met 31 december 2017. Bij beschikking van 23 februari 2018 heeft eiseres een teruggaaf ontvangen van € 3.707.

Op 8 februari 2018 heeft eiseres bezwaar gemaakt tegen haar eigen aangifte, met de bedoeling bezwaar in te stellen tegen de hoogte van de (op dat moment te verwachten) teruggaafbeschikking.

Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 22 juni 2018 het bezwaar ongegrond verklaard.

Eiseres heeft daartegen beroep ingesteld bij brief van 24 juli 2018, ontvangen door de rechtbank op 26 juli 2018.

Verweerder heeft de op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 7 november 2019.

Namens eiseres is haar gemachtigde verschenen. Namens verweerder zijn verschenen [persoon A] en mr. [persoon B] .

Eiseres heeft ter zitting een pleitnota voorgedragen en exemplaren daarvan overgelegd aan de rechtbank en aan de wederpartij.

Overwegingen

Feiten

1. Eiseres biedt haar klanten de mogelijkheid om cryobehandelingen te ondergaan. Bij een cryobehandeling wordt het lichaam gedurende 1 tot 3 minuten blootgesteld aan extreme kou (tot -192 graden Celsius). Hierdoor wordt onder meer het immuunsysteem versterkt, maar het helpt vaak ook tegen allerlei medische klachten.

2. Tijdens de behandeling is altijd een medewerker aanwezig die aanwijzingen geeft en toezicht houdt op de toestand van de gebruiker.

3. Bij het gebruik maken van het apparaat voor de cryobehandeling, welk apparaat door eiseres ook wordt aangeduid als cryosauna, moet de klant geheel droog zijn. Voor en na de behandeling is geen sprake van douchen of baden.

4. De cryobehandeling werkt met name ter verbetering van de gezondheid als er meerdere behandelingen worden ondergaan, bij voorkeur op een flink aantal achtereenvolgende dagen.

Geschil

5. Is geschil is of de omzet die eiseres behaalt met de cryobehandelingen belast is tegen het algemene tarief, zoals verweerder stelt, of tegen het verlaagde omzetbelastingtarief, zoals eiseres bepleit.

6. Eiseres stelt dat zij recht heeft op een hogere teruggaaf van omzetbelasting, omdat zij voor de cryobehandelingen ten onrechte het algemene omzetbelastingtarief heeft berekend bij haar aangifte. Volgens eiseres valt het gelegenheid geven gebruik te maken van de cryosauna onder het geven van gelegenheid tot sportbeoefening en baden, zoals vermeld in post b.3 van de bij de Wet op de omzetbelasting 1968 (Wet OB) behorende tabel I. Daarom is het verlaagde tarief van artikel 9, tweede lid, aanhef en onderdeel a, van de Wet OB van toepassing. Eiseres beroept zich op het neutraliteitsbeginsel, waarbij zij erop wijst dat gewone sauna’s wel onder tabelpost b.3 zijn gebracht. Volgens eiseres is de werking en doelstelling van de cryosauna dezelfde als die van een traditionele sauna (alleen dan met kou in plaats van met warmte) en maken cliënten om dezelfde reden gebruik van de betreffende sauna’s, te weten verbetering van welbevinden en gezondheid. Ook de toegang tot een stoombadcabine, de infraroodsauna en een hamam zijn onder de betreffende tabelpost gebracht, zodat het volgens eiseres niet zo kan zijn dat de cryosauna niet onder het verlaagde tarief valt.

7. Eiseres heeft ter zitting het beroep op het gelijkheidsbeginsel ingetrokken.

8. Volgens verweerder kan de cryosauna naar maatschappelijke opvattingen niet worden aangemerkt als vergelijkbaar met een traditionele sauna. Er is sprake van twee verschillende soorten sauna’s met elk hun eigen werking, met verschillende doelstellingen en verschillende resultaten. Bezoekers maken niet om dezelfde reden gebruik van de cryosauna. Het neutraliteitsbeginsel wordt ook niet geschonden, omdat het hier gaat om ongelijksoortige diensten, bezien vanuit de modale consument.

Beoordeling van het geschil

9. Op grond van artikel 9, tweede lid, aanhef en onderdeel a, van de Wet OB in samenhang met post b.3 van de bij de Wet OB behorende tabel I, geldt het verlaagde omzetbelastingtarief voor het geven van gelegenheid tot sportbeoefening en baden.

10. In de toelichting van de staatssecretaris op tabel I is vermeld dat onder de tabelpost ook valt het geven van gelegenheid tot het nemen van een saunabad of stoombad (zie het Besluit van 22 december 2017, nr. 2017-16288, Stcrt. 2017, 72177, paragraaf 3 bij de Tabelpost). Het geven van gelegenheid tot het gebruik van een zogenoemde cryosauna waarbij het menselijk lichaam gedurende enkele minuten aan zeer lage temperaturen wordt blootgesteld, valt volgens de staatssecretaris niet onder de post. Die dienst is volgens hem namelijk niet vergelijkbaar met de dienst die bestaat in het geven van gelegenheid tot het nemen van een saunabad of stoombad (par. 3.2, post b.3, Besluit van 22 december 2017, nr. 2017-16288, Stcrt.2017, 72177, V-N 2018/3.22.). Verder heeft de staatsecretaris over de cryosauna het volgende opgemerkt. In tegenstelling tot een traditionele sauna bestaat een cryosauna niet uit een programma met opeenvolgende onderdelen, maar uit één korte behandeling. De behandeling met een cryosauna vindt bovendien altijd onder toezicht van een deskundige plaats. Het gelegenheid geven tot gebruik van een traditionele sauna is te vergelijken met het gelegenheid geven tot baden en daarom belast naar het lage btw-tarief. Het gelegenheid geven tot gebruik van een cryosauna is niet te vergelijken met het gelegenheid geven tot baden, want de cryosauna maakt geen deel uit van een traditionele sauna en kan geen onderdeel van een traditionele sauna vervangen. De cryosauna is ook niet te vergelijken met een stoombad of iets vergelijkbaars, wat een essentieel onderdeel is van een traditionele sauna. Daarom is deze dienst belast met het gewone btw-tarief, aldus de staatssecretaris (Belastingdienst actueel, 17 augustus 2017).

11. Naar het oordeel van de rechtbank heeft eiseres, tegenover de gemotiveerde betwisting door verweerder, niet aannemelijk gemaakt dat bij de cryobehandelingen sprake is van een zodanige gelijkenis met een gewone sauna of met andere onder de tabelpost gebrachte saunavormen, dat weigering van het verlaagde tarief schending van het neutraliteitsbeginsel oplevert. Ook overigens ziet de rechtbank geen aanleiding om de cryobehandelingen onder het verlaagde tarief te brengen.

12. Ter motivering van dit oordeel overweegt de rechtbank het volgende. De tabelpost spreekt over het geven van gelegenheid tot baden. Bij de cryobehandeling is op geen enkele manier water betrokken, ook niet voor of na de behandeling. Verder is niet gesteld of gebleken dat de cryobehandeling doorgaans plaatsvindt als onderdeel van diensten die bij baden behoren. Met baden heeft de behandeling dus niets te maken. Partijen zijn het daar ook wel over eens. Eiseres benadrukt vooral dat de cryo sauna zodanig lijkt op de traditionele sauna, die wel onder de tabelpost is gebracht, dat ook de cryo sauna onder de post moet worden gebracht. Dit beroep op het neutraliteitsbeginsel faalt. Weliswaar heeft de staatsecretaris de tabelpost voor baden ook van toepassing verklaard op traditionele (warme) sauna’s, op stoombaden, op infraroodsauna’s en op hamams, maar dat is onvoldoende om vanwege het neutraliteitsbeginsel de tabelpost ook toe te passen op de cryobehandelingen. De aard van de dienst die eiseres met de cryobehandeling verricht wijkt daarvoor te veel af van de dienst die wordt verricht door ondernemers die een traditionele sauna, een stoombad of een infraroodsauna ter beschikking stellen. Voor hamams geldt dat het verlaagde tarief van toepassing is omdat het daar gaat om baden. Bij de traditionele sauna is het gebruikelijk om als onderdeel van de behandeling te baden (douchen vooraf en achteraf, voetenbad voor en na gebruik van de sauna en koud dompelbad erna), terwijl dit bij de cryobehandeling niet zo is. Bij een infraroodsauna is het weliswaar niet nodig om voor of na het gebruik ervan te baden, maar de aard van die dienst is wel gelijksoortig aan de dienst van de traditionele sauna doordat het ook om warmte gaat waarvan laagdrempelig en zonder toezicht kan worden genoten ten behoeve van de ontspanning. Bij de cryobehandeling gaat het om een heel ander soort dienst, waar vanwege de gevaarlijk grote kou wel toezicht bij nodig is. De misschien ook optredende ontspanning is ondergeschikt aan het doel om de vitaliteit en gezondheid te verbeteren. Verder is het bij de cryobehandeling aanbevolen om voor het bereiken van het gewenste gezondheidseffect meerdere korte behandelingen te ondergaan op achtereenvolgende dagen, terwijl dat bij de traditionele sauna niet zo is en de meeste mensen maar af en toe naar een sauna gaan. De modale consument zal de cryobehandeling dan ook als iets heel anders ervaren dan een saunabezoek. Mede gelet op het begrip baden van de tabelpost, kan het begrip sauna dus met een beroep op het neutraliteitsbeginsel niet zover worden opgerekt dat daaronder ook de cryobehandelingen vallen.

13. Gelet op het voorgaande dient het beroep ongegrond te worden verklaard.

14. De rechtbank ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.

Deze uitspraak is gedaan door mr. F.M. Smit, voorzitter, mr. A.M.F. Geerling en mr. R.A. Eskes, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.M.A. Arts, griffier.

De beslissing is in het openbaar uitgesproken op:

griffier voorzitter
Afschrift verzonden aan partijen op:
Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kunnen partijen binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (belastingkamer), Postbus 9030, 6800 EM Arnhem.

Bij het instellen van hoger beroep dient het volgende in acht te worden genomen:

1 – bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd;
2 – het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;

b. een dagtekening;

c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het hoger beroep is ingesteld;

d. de gronden van het hoger beroep.

ECLI:NL:RBGEL:2019:5460