Toelichting Tabel I Wet OB gewijzigd
De Toelichting Tabel I Wet OB is op 11 februari 2021 gewijzigd. De relevante inhoudelijke aanwijzingen betreffen:
Post a 34
- In onderdeel 2.1 (algemeen) is verduidelijkt dat vervoermiddelen alleen als invalidewagentjes kwalificeren als deze tenminste drie wielen hebben en op basis van de specifieke inrichting, de bestemming en de presentatie blijkt dat het vervoermiddel bedoeld is om te worden gebruikt door een invalide of een mindervalide.
De aanwijzing dat motorvoertuigen met een verbrandingsmotor met een cilinderinhoud van ten hoogste 250 cm3 onder de post vallen, is niet langer opgenomen. Het gaat hier niet om een op zichzelf staand criterium voor de duiding van motorvoertuigen als invalidenwagentjes. Bovendien heeft de aanwijzing aan belang verloren door de grote toename van elektrisch aangedreven invalidenwagentjes. Gelet op de eenduidige definitie van invalidenwagentjes in de post is voor scootmobielen de verwijzing naar de Wegenverkeerswet 1994 niet meer opgenomen. - Looprekken en rollators worden opgenomen in onderdeel 3 (overige gehandicaptenvoorzieningen) en niet meer in onderdeel 2.1. Tevens is toegelicht wanneer loophulpen (zoals loopfietsen) onder de post kunnen vallen. Mechanische traploophulpen (niet zijnde een traplift) worden in onderdeel 3 opgenomen en niet meer in onderdeel 4 (invalidenkrukken en onderdelen daarvan).
Post a 35
- In onderdeel 11 (orthopedisch schoeisel) is verduidelijkt dat steunzolen waaronder -al dan niet op maat gemaakte- orthopedische voetbedden niet onder de post vallen tenzij het hulpmiddelen betreft voor completering en ondersteuning van ontbrekende delen van de voet als bedoeld in onderdeel 14 (overige hulpmiddelen).
- In onderdeel 14 (overige hulpmiddelen) is verduidelijkt dat steunzolen/orthopedische voetbedden niet onder de post vallen, met uitzondering van orthesen en prothesen die een aanvulling vormen op ontbrekende delen van de voet en die ten doel hebben scheefgroei van vooral tenen op te heffen en/of te voorkomen.
Post a 48
- Onderdeel 7 (Bloemstukken) vervalt. Dit gelet op de beëindiging van het brancheconvenant tussen de Belastingdienst en de Vereniging Bloemist Winkeliers. Mede om die reden vervalt ook de goedkeuring betreffende de levering van bloemstukken met een maximale verkoopprijs van € 7 exclusief btw.
Besluit